Als je naar de Nederlandse overheid luistert,
zou je kunnen denken dat ze zich ernstige zorgen maken over de zogenaamde
jihadstrijders, die naar Syrië gaan om voor Al Qaida te vechten. Er gaat bijna
geen week voorbij of ergens in de media komen wij een verhaal tegen over deze
misleidde figuren die met alle geweld naar Syrië willen afreizen om hun leven
als martelaar te eindigen. Dan is het de minister van justitie die zich zorgen
maakt, en later is het weer de AIVD. Men wil deze strijders in de dop uit Syrië
weghouden en schijnt daar echt werk van te maken. Trots werd er laatst beweerd
dat de paspoorten van een aantal jongeren zijn ingenomen om hun afreizen naar
het strijdgebied onmogelijk te maken.
De overheid is namelijk bang dat deze
strijders bij terugkomst getraumatiseerd zullen zijn. Het leven aan het front
is immers geen pretje. Gelijktijdig is men ook bang voor aanslagen omdat de
zogenaamde jihadisten ervaring op gedaan zullen hebben met wapens en explosieven.
Dat deze figuren bij terugkomst wel degelijk gevaarlijk zijn bleek een paar
weken geleden in Brussel. Een Fransman die in Syrie is geweest schoot daar 4
mensen dood in het Joods Museum in de stad. De beelden van de schietpartij
laten zien dat de man wist wat hij deed en goed met zijn wapens kon omgaan.
Volgens de Franse autoriteiten werd de man in de gaten gehouden sinds zijn
terugkeer uit het Midden Oosten. Maar men was hem in Duitsland kwijt geraakt.
Er gaat dus wel degelijk gevaar uit
van deze jihadisten, maar dat betekend gelijktijdig dat de overheid er op een
verkeerde manier mee omgaat. Nu is men heel hard bezig om potentiële strijders
hier in Europa te houden. Ze worden in de gaten gehouden en als het lijkt als
of iemand op weg gaat naar Syrie worden het paspoort ingenomen. Het sluitstuk
is dan dat er hier weer een gefrustreerde potentiële strijder rondloopt, die
zijn zucht naar het martelaarschap niet kan waarmaken. Dat ook van zo iemand
een dreiging uit gaat ziet men angstvallig over het hoofd.
Wat dan wel te doen met deze figuren
die er hun zinnen op hebben gezet om aan de zogenaamde heilige oorlog te gaan
deelnemen. Het is eigenlijk heel eenvoudig. Als iemand signalen vertoond van
een gepland vertrek naar Syrie is het zaak om zo iemand niets in de weg te
leggen. Gewoon laten afreizen, maar wel met dien verstande dat men er bij een
mogelijke terugkeer niet meer in komt. Dat kan door een stempel in het paspoort
of het blokkeren van de pas op afstand. Ook verblijfsvergunningen kunnen meteen
vervallen worden verklaard. Dan is de zaak opgelost en gelijk ook voor goed.
Deze zogenaamde strijders zien hun leven hier toch als waardeloos, dus waarom
iemand vast houden op een plaats waar hij niet wil zijn.
Het moet dus aan iedere potentiële
strijder duidelijk zijn dat als hij of zij gaat, er hier geen plaats meer voor
hen is. Ze kunnen dan in Syrie blijven of ergens anders in het Midden Oosten.
Dat maakt op zich niet uit. Sommige zullen zeggen dat dit een harde lijn is,
maar dat komt omdat het probleem niet goed word begrepen. De groepen waar deze
strijders zich bij aansluiten werken vanuit een haat ideologie, die moorden,
plunderen en verkrachten als heel normaal ziet. Deze haat komt direct uit het
Midden Oosten en word ingezet om mensen te ronselen. Het is dus logisch dat zij
vervolgens op de plaats blijven waar deze haat zijn oorsprong vindt. Als men de
strijd tenminste overleeft.
Het is een raadsel waarom de overheid
deze beleidslijn niet met onmiddellijk gang invoert. Het zou veel problemen
oplossen met niet al te veel moeite. Toch wordt deze weg niet ingeslagen. Als
het om linkse strijders gaat heeft men zulke twijfels niet. Toen veel
socialisten en communisten in de jaren 30 naar Spanje trokken om tegen de
fascisten te vechten in de Internationale Brigades, werden zijn na afloop echt
niet met open armen ontvangen. Zij werden stateloos verklaard omdat ze
zogenaamd in vreemde krijgsdienst waren geweest. Nog tot ver in de jaren 50
moesten zij zich iedere week op een politiebureau melden. Dit terwijl ze alleen
maar hadden geprobeerd om oorlog in Europa te voorkomen. Toen had de overheid
geen enkele twijfel als het er op aan kwam om harde maatregelen te treffen, die
tot de dag van vandaag als een schandaal moeten worden gezien.
De jihadisten hebben dit soort
problemen niet. De overheid is zelfs bezorgd over hun welzijn. We moeten ons
echt afvragen waarom dit is. Er bestaat een vreemde band tussen de
imperialisten en de jihadstrijders. We moeten niet vergeten dat de
imperialisten groepen als Al Qaida en de Taliban steunden tegen de Sovjet Unie.
Ook bij andere gelegenheden is er gebruik gemaakt van de groene fascisten. Er
moet een reden zijn waarom men nu weer deze Syriegangers met zo veel voorzorg
behandeld.
Hoopt men ooit gebruik van hen te
maken? Passen ze misschien in het verdeel en heers spel waar de heersende
elites zo goed in zijn? Het zijn vragen waar we snel een antwoord op moeten
vinden. Want ook voor de linkse beweging zijn deze figuren een gevaar.
Misschien is het juist dat waar de imperialisten hen voor op het oog hebben. Zo
als gezegd; het zou niet de eerste keer zijn. Waakzaamheid is in ieder geval
geboden.