Er wordt beweerd dat in een
functionerende democratie er ook sprake moet zijn van een oppositie. Immers
alleen als er ook een ander standpunt is dan het heersende is het mogelijk om
controle uit te oefenen op de machthebbers om zo excessen te voorkomen en een
sfeer van eerlijkheid en gerechtigheid op te bouwen. Volgens deze bewering is
het belangrijk dat ook het minderheidsstandpunt word gehoord. In feite komt het
er op neer dat iedere verhaal twee kanten heeft. Dit is allemaal de theorie,
maar als zo vaak verschilt het nog al van de realiteit. Het huidige gekonkel
tussen de regering en de zogenaamde oppositie geeft aan dat er van controle
niet veel sprake is en dat het veel meer gaat om het feit dat de ene hand de
andere wast. Iedereen wil proeven van de vrucht die macht heet en voelt zich
dan ook gepast belangrijk. Hierbij spreken we over burgerlijke partijen die
allemaal aan de zelfde leidband lopen. Van deze konkelaars heeft de werkende
bevolking niets te verwachten.
Maar er was toch ook nog zoiets als de
linkse oppositie, of was dit een vergissing? In naam is die oppositie er wel,
en dan komen we vanzelf bij de SP terecht. Over GroenLinks hoeven we in deze
context helemaal niet te spreken, want die partij is hopeloos verburgerlijkt en
ook hopeloos verloren. De conclusie ligt dus voor de hand dat het vuurwerk van
de SP moet komen. Laten we eens kijken hoe het met dat vuurwerk staat. Hiervoor
kunnen we terugkeren naar de verkiezingscampagne, die eigenlijk al de aanzet
was voor wat er verder nog ging komen. In deze campagne zag Emile Roemer zich
al als minister president. Hij had de nieuwe gordijnen voor het Torentje nog
net niet besteld, maar de stalenboeken lagen al wel op zijn bureau. Immers de
SP kon bijna niet meer verliezen. Of toch?
Van echt verliezen was uiteindelijk
geen sprake. Maar van winnen ook niet. De SP bleef steken op de 15 zetels die
men al had, na een campagne waarin men optrad als een regering in wording in
plaats van gewoon de SP te zijn en tegen het beleid van de regering Rutte aan
te schoppen. Want laten we eerlijk zijn, van de SP is al jaren ideologisch
gezien weinig spannends meer te verwachten, maar schoppen konden ze nog altijd
als de beste. Maar dat imago van de actievoerende oppositiepartij moest plaats
maken voor de namaakwaardigheid van de staatsman. De partij wilde tonen dat men
klaar was voor het pluche. Dat zal allemaal leuk en aardig zijn geweest voor de
campagneleiders en journalisten die op dit soort dingen kicken. Maar het werd
als totaal verkeerd gezien door grote groepen van SP kiezers, die hun partij
niet meer herkenden en niet meer vertrouwden, en dus op safe speelden en maar
op de PvdA stemden. Immers als een partij zo snel van jas kan verwisselen, hoe
betrouwbaar is zo’n club dan nog?
Voor velen was er van die
betrouwbaarheid niets meer over, en daarom ook betaalde de SP een hoge prijs.
Wat de opmars naar de macht had moeten worden, werd de afgang naar de
oppositiebanken. Oppositie voeren is natuurlijk geen schande, in tegendeel,
onder dit verrotte systeem is het zelfs veel beter. Maar als je van te voren
denkt dat je al op de hoogste stoel zit, is het wel een afgang als je door de
kiezers op deze manier je hok in wordt getrapt. Roemer was sprakeloos en de
rest van de SP leed tijdenlang onder een reusachtige kater. Gelukkig waren ze
wel zo eerlijk om niet alle schuld bij Roemer neer te leggen, omdat de hele
partijtop aan de farce, die de verkiezingscampagne was, had mee gedaan. En dat
met totale instemming.
Fouten worden gemaakt en strategieën
kunnen tot een nachtmerrie worden. Op zich is dat nog niet erg, als je maar
eerlijk naar die fouten wil kijken en er ook iets van leren. Dat blijkt bij de
SP jammer genoeg niet het geval. Als er echte lessen waren getrokken uit het
fiasco van de verkiezingen had de SP een succes kunnen maken van de oppositie.
Maar daar is nog maar weinig van te merken. Nog steeds kijkt men alleen naar de
parlementaire weg, zonder ook maar een aanzet te doen om de bevolking tegen de
bezuinigingsplannen van de regering te mobiliseren. Eigenlijk is het nog veel
erger, want het lijkt er op dat de SP niets anders doet dan achter de PVV van
Wilders aan te sukkelen.
De bewijzen liggen voor het oprapen.
Al maanden geleden kondigde Wilders aan dat hij in september zou demonstreren tegen
de plannen van Rutte II. Deze oproep had natuurlijk van de linkse oppositie
moeten komen, en dat had een initiatief van de SP moeten zijn. Uiteindelijk
werd men wakker toen Wilders duidelijk maakte dat hij het meende, en de SP ging
aan de slag, met ondersteuning van anderen, om de Basta demonstratie in
Amsterdam op te zetten. Er kwamen ongeveer 5000 mensen op af, en dat was geen
slechte prestatie, maar toch was niet aan het gevoel te ontkomen dat dit alles
op de automatische piloot werd gedaan om Wilders geen vrij veld te geven. Het
was geen vurige demo, en het was ook zeker niet de start van een ware
protestbeweging tegen de megabezuinigingen van de VVD en de PvdA, waar we in de
komende jaren allemaal mee te maken zullen krijgen. Voor veel mensen zullen
deze bezuinigingen catastrofaal zijn. Dit is geen uit de lucht gegrepen
bewering, maar toch verschanste de SP zich meteen na de demo weer in het Haagse
parlement.
En opnieuw sukkelde de fractie achter
de PVV aan. Eerst besloot de SP om een motie van wantrouwen van Wilders te
steunen. Ongehoord als we bedenken dat de demo van de PVV op het Malieveld
heeft bewezen dat het om een fascistische partij gaat. Als de SP een motie van
wantrouwen wilde, had men er zelf een moeten indienen. En hiermee was het nog niet
gedaan, want toen de regering zei dat men met de oppositie om de tafel wilde om
de bezuinigingen door de Eerste Kamer te rammen was het weer de PVV die als
eerste zei dat de partij niet aan de onderhandelingen zou deelnemen. Pas toen
dit publiek werd haastte ook Roemer zich om te roepen dat hij ook niet met de
VVD en de PvdA om de tafel wilde. Weer te laat en weer mosterd na de maaltijd.
Je moet je echt afvragen wat de
strategen van de SP eigenlijk aan het doen zijn. Zit men te slapen, of denkt de
partijleiding nog steeds dat een toekomstige verkiezingsoverwinning alles zal
goed maken? Misschien is men gewoon blij met die 24 of 25 zetels in de
peilingen. Dat zou betekenen dat de fouten van vorig jaar opnieuw worden
gemaakt. En we weten maar al te goed hoe hoog de prijs van die misrekening is
geweest. Zeker is nog niet alles verloren. Het kabinet zit nog maar een jaar
dus de SP krijgt nog een nieuwe kans om echte oppositie te gaan voeren en niet
door te gaan met de politieke eenpansmaaltijd, waar de partij zo krampachtig
aan vasthoudt.
Echte oppositie zal betekenen dat de
SP terug moet naar de basis en een aanvang moet maken met het opbouwen van een
landelijke protestbeweging tegen Rutte II. Dit betekend het verleggen van de prioriteit
van het Haagse konkelgebeuren naar het werken onder de massa om zo een beweging
op te bouwen die daadwerkelijk wat kan veranderen. De woede onder de mensen is
er, en de afkeuring van de huidige politiek ook. Je zou dus zeggen dat de SP
alleen maar die open deur hoeft in te trappen. Het echte socialisme hoeven we
van de SP niet te verwachten, maar wat echte oppositie zou niet slecht zijn, en
misschien een begin. De vraag is of men de politieke moed heeft om dit
daadwerkelijk aan te pakken. We zullen het binnen niet al te lange tijd weten,
want de klokt tikt.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten